Lesplanner


SW 
 
Lesdoelen
Inhoud
Bronnen
Huiswerk 
21
De student legt uit wat de begrippen aandoening, stoornis, beperking, handicap betekenen.
Alleen voor niveau 4:
De student legt aan de hand van een praktijkvoorbeeld uit wat er wordt bedoeld met ‘van aandoening tot handicap’
Inleiding op het semester. Aandoening, Stoornis, beperking, handicap
Persoonlijke verzorging
Thema 1 H1
Opdrachten werkboek Thema 1 H1
 22
De student legt uit wat het werkveld  psychiatrie inhoudt en wat de DSM-V is


De student legt uit wat het onderscheid is tussen een psychiatrisch ziektebeeld en psychiatrische verschijnselen

Alleen voor niveau 4:
De student definieert het begrip psychopathologie
 
 
 
Psychiatrie
(introductie)
Boek ‘Maatschappelijke zorg; SAW 3’ (tweede druk)


Thema 13
Thema 14
Eigen bron docent
 23
 
De student definieert  het begrip stemmingsstoornis en persoonlijkheidsstoornis

De student geeft een aantal voorbeelden van stemmingsstoornissen en persoonlijkheidsstoornissen
De student benoemt minimaal 2 kenmerken van een stemmingsstoornis
De student benoemt minimaal 3 kenmerken van een persoonlijkheidsstoornis
Alleen niveau 4:
De student benoemt aandachtspunten in de begeleiding van mensen met bovenstaande stoornissen
 
Psychiatrie
Stemmings-stoornissen en persoonlijkheidsstoornissen
Boek ‘Specifieke doelgroepen; SAW 4’ (derde druk)


Thema 7
Eigen bron docent
24
De student definieert het begrip psychotische stoornis
De student geeft voorbeelden van psychotische stoornissen
De student benoemt minimaal 3 kenmerken van een psychotische stoornis
Alleen niveau 4:
De student benoemt aandachtspunten in de begeleiding van mensen met psychotische stoornissen
Psychiatrie
Psychotische stoornissen
Boek ‘Maatschappelijke zorg; SAW 3’ (tweede druk)


Thema 13
Thema 14
Eigen bron docent
25
De student definieert de begrippen angststoornis, obsessieve-compulsieve en verwante stoornissen en voedings- en eetstoornis
De student geeft minimaal 2 voorbeelden van bovenstaande stoornissen
De student benoemt minimaal 3 kenmerken van bovenstaande stoornissen
Alleen niveau 4:
De student benoemt aandachtspunten in de begeleiding van mensen met bovenstaande stoornissen
 
Psychiatrie
Angst en dwang-stoornissen/ eetstoornissen
Boek ‘Maatschappelijke zorg; SAW 3’ (tweede druk)


Thema 13
Thema 14
Eigen bron
26
De student definieert het begrip hechtingsproblematiek
De student benoemt de verschillende vormen van hechtingsproblematiek
De student benoemt minimaal 3 kenmerken van hechtingsproblematiek
Alleen niveau 4:
De student benoemt de 2 typen cliënten met hechtingsproblematiek
De student benoemt aandachtspunten in de begeleiding van mensen met hechtingsproblematiek
De student legt aan de hand van een voorbeeld uit wat er wordt bedoeld met de cirkel van veiligheid
 
Psychiatrie
Hechtings-problematiek
https://www.nji.nl/Hechting-en-hechtingsproblemen-Probleemschets-Risicofactoren
 
 
https://wij-leren.nl/hechtingsstoornissen-hechting.php
 
http://www.vanreininstituut.nl/verslavingsproblematiek/
 
 
Eigen bron docent
27
De student definieert het begrip verslaving

De student geeft voorbeelden  van verschillende vormen van verslaving.
De student omschrijft de risicofactoren van verslaving in relatie tot de verschillende doelgroepen.
De student benoemt minimaal 3 kenmerken van verschillende vormen van verslaving
Alleen niveau 4:
De student benoemt aandachtspunten in de begeleiding van mensen met verslavingsproblematiek
Verslavings-problematiek
Boek ‘Maatschappelijke zorg; SAW 3’ (tweede druk)


Thema 13
Thema 14
Boek ‘Client en omgeving; SAW 3 & 4’ (eerste druk)


Eigen bron docent
28
Kennistentamen
Psychiatrie en verslavingszorg
Kennis-tentamen Psychiatrie en verslavingszorg

Lesstof week 21 tot en met 27
29
De student legt in eigen woorden uit wat wordt verstaan onder (psycho)geriatrie en somatiek
De student legt in eigen woorden uit wat wordt verstaan onder dementie.
De student legt in eigen woorden uit wat wordt verstaan onder Alzheimer.
De student benoemt minimaal 3 kenmerken van Alzheimer
De student benoemt aandachtspunten in de begeleiding van mensen met Alzheimer
 
Geriatrie
Dementie
Alzheimer


Persoonlijke verzorging Thema 1 § 3.10 en § 4.6.2 en
https://www.hetklokhuis.nl/tv-uitzending/3348/%20Alzheimer
https://www.alzheimer-nederland.nl/dementie/omgaan-met-dementie
 
30
De student benoemt mogelijke oorzaken van Korsakov, Parkinson en vasculaire dementie.
De student benoemt 3 kenmerken van de ziektebeelden Parkinson, Korsakov en vasculaire dementie
De student benoemt aandachtspunten in de begeleiding van mensen met Parkinson, Korsakov en vasculaire dementie
 
Geriatrie
Hersen-aandoeningen
Korsakov
Parkinson
Vasculaire dementie


Begeleidingsmethoden o.a.:
ROT, Reminiscentie, Validation, ‘warme zorg’
 
Eigen bron docent Thema 1 H3 en H4
31
De student legt in eigen woorden uit wat wordt verstaan onder NAH.
De student kan voorbeelden en oorzaken noemen van NAH.
De student benoemt minimaal 3 kenmerken van NAH
De student geeft voorbeelden van hersenaandoeningen
Alleen niveau 4:
De student benoemt aandachtspunten in de begeleiding van mensen met NAH
 
NAH en hersenaandoeningen
(CVA, epilepsie, cerebrale parese, spasme)



Persoonlijke verzorging Thema 1 § 3.10 en § 4.6.2 en eigen bron docent


Boek ‘Client en omgeving; SAW 3 & 4’ (eerste druk)


Korsakov filmpje BNN:
https://www.youtube.com/watch?v=LpV3yAlyBaI
 
 
 
 (24 min.)
http://www.gezond24.nl/video/bekijk/ik-heb-hersenletsel.htm
(3 min)
http://www.youtube.com/watch?v=ieBKll6WjlM&feature=relmfu
 
(3 min.)
http://www.youtube.com/watch?v=0TD7onbYljY
 
 
 
Eigen bron docent Thema 1 H3
32
De student definieert het begrip verstandelijke beperking


De student benoemt mogelijke oorzaken en minimaal 3 kenmerken van een verstandelijke beperking


De student laat zien dat hij/ zij de verstandelijke beperkingen kan indelen op basis van intelligentie en niveau
De student maakt een vergelijking tussen de indeling naar niveau en de ervaringsordening van Timmers-Huijgens
De student benoemt aandachtspunten in de begeleiding van mensen met een verstandelijke beperking en maakt hierin onderscheid in de verschillende niveaus
Alleen niveau 4:
De student formuleert bezwaren van het indelen naar niveaus
Gehandicapten-zorg
Mensen met een verstandelijke beperking
(intelligentie en niveau)
Ervaringsordening
Persoonlijke verzorging
Thema 1 H1 en H2 en eigen bron
https://mens-en-gezondheid.infonu.nl/aandoeningen/111764-timmers-huigens-theorie.html
http://www.watze.info/behandelmethoden.htm 
(snoozelen, gentle teaching)
Boek ‘Gehandicaptenzorg SAW 3 & 4’ (eerste druk)
Opdrachten werkboek thema 1 H1 en H2 en eigen bron
33
De student beschrijft de kenmerken van het syndroom van down en het fragiele x syndroom
De student benoemt minimaal 3 andere specifieke syndromen
Alleen niveau 4:
De student benoemt oorzaken van bovenstaande syndromen


Gehandicapten-zorg
Mensen met een verstandelijke beperking
(syndroom van down, fragiele x syndroom)
 
Persoonlijke verzorging
Thema 1 § 2.4.1 en eigen bron





Opdrachten werkboek Thema 1 H2 en eigen bron
34
De student benoemt de oorzaken van lichamelijke beperkingen en meervoudige beperkingen
De student benoemt vormen van lichamelijke beperkingen


De student heeft ervaren hoe het is om lichamelijk beperkt te zijn 
Alleen niveau 4:
De student benoemt aandachtspunten voor psychosociale begeleiding van mensen met een motorische beperking
De student benoemt minimaal 4 aandachtspunten in de communicatie met mensen met een zintuiglijke beperking
 
Gehandicapten-zorg
Mensen met een lichamelijke beperking en mensen met een meervoudige beperking.
Persoonlijke verzorging
Thema 1 H3


Opdrachten werkboek Thema 1 H3
35
De student definieert het begrip meervoudige beperking.
De student definieert het begrip ernstig meervoudige beperking.
De student benoemt 4 gemeenschappelijke kenmerken van mensen met een meervoudige beperking
Alleen niveau 4:
De student omschrijft in eigen woorden wat er met ‘individualiteit is een kernwoord in de ondersteuning van mensen met een meervoudige beperking’ wordt bedoeld
 
Gehandicapten-zorg
(Ernstig) meervoudige beperking.
Persoonlijke verzorging Thema 1 § 2.4.2


http://www.kennispleingehandicaptensector.nl/gehandicaptenzorg
http://www.profi-leren.nl/docentenmateriaal/saw/129-gehandicaptenzorg-saw-4-1e-en-2e-druk-isbn-9789085241430.html
Opdrachten werkboek Thema 1 H2
36
Kennistentamen:
Gehandicaptenzorg
Ouderenzorg
Kennis-tentamen
lesstof week 29-35
Leren:
Lesstof week 29 tot en met 35
37
 
De student definieert het begrip sociale problematiek
De student benoemt minimaal 4 voorbeelden van sociale problematiek
 
De student benoemt  per gebied minimaal 2 risicofactoren van sociale problematiek
De student herkent emotionele problemen op sociaal en maatschappelijk gebied
 
Alleen niveau 4:
De student legt in eigen woorden uit hoe deze emotionele problemen kunnen leiden tot eenzaamheidsproblematiek en sociale uitsluiting
De student legt in eigen woorden uit wat de onderlinge samenhang is tussen de verschillende risicofactoren
 
Sociale problematiek
Eenzaamheids-problematiek en sociale uitsluiting
Methodiek MZ Thema 2 H8
Opdrachten werkboek Thema 2 H8
 
38
39
Gastspreker
 
 
 
Gehandicapten-zorg
Ouderenzorg

 
40
Evaluatie afsluiting en gelegenheid tot vragen stellen
 

 
Naar boven
/var/www/mzbasis.albeda.learningmatters.nl